Vriendje

Bijna elke middag sta je voor de deur. Hoe vaak je ook afgewezen wordt, hoe vaak je de vorige keer ook huilend of stampend weg bent gegaan, je komt altijd weer terug. 7 jaar. Bijna altijd buiten aan het zwerven, weer of geen weer. Alleen. In de winter met een dun jasje aan, en een dunne roze sjaal vol gaten. Mama had die een keer om je hoofd gebonden, en de uiteinden in elkaar gevlochten. Je was apetrots. Mama is elke dag thuis, ze is ziek. Bij jou thuis binnen spelen kan niet. Ook niet omdat Jaap vaak overdag slaapt. Soms werkt hij ’s nachts, en soms overdag, het is elke keer anders. De kinderen en zelfs de grote mensen in de buurt vinden je raar. En ja, je doet ook wel rare dingen soms. Gebruikt rare woorden, die andere jongens van 7 niet kennen.

Laatst hadden jullie je jassen zo grappig omgekeerd aan, met de capuchon aan de voorkant. Jullie waren begrafenisje aan het spelen, bleek later. In de zandbak hadden jullie elkaar begraven, met de capuchon over jullie gezichten.

Of die keer in de tuin dat jullie een brandend waxinelichtje hadden meegenomen in de houten containerombouw, en toen de deuren hadden dichtgedaan.

De auto’s op de parkeerplaats die jullie met stoepkrijt hadden ‘versierd’. De boze buurmannen die verhaal kwamen halen, gewaarschuwd door hun kinderen.

Je eigen vader ken je niet. Jaap is bij jullie komen wonen toen je eigen vader je niet meer wilde hebben, vertelde je. Je hebt nog een grote zus in Amsterdam.

Elke ochtend wordt je door ‘de taxi’ opgehaald om naar een speciale school te gaan, ver weg. Elke middag kom je ook weer met het busje terug.

Jullie spelen vaak bij de bushalte, in het bushokje. Je oom werkt bij de bussen. Gelukkig is het die ene keer niet gelukt om mee te gaan. Wat denk je als je daar soms zit, op het bankje in het wachthokje?

Toen je laatst bij ons binnen was, zag ik hoe goed je kunt dansen. Wow! En je zingt graag. En je houdt van mooie dingen. Je vraagt bijna elke keer of je weer met de cadeaulintjes mag spelen. De hele tuin hadden jullie toen versierd. Het was een prachtig kleurig feest.

Buiten heb je vaak ruzie, in de speeltuin. Met vervelende grote jongens op de fiets.

Over een paar jaar, als je sterker bent, kun je veel doen met je handen. En met je benen. Vechten. Of dansen. Ik hoop dat laatste. Dan kom ik naar je kijken.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *